Friday 29 October 2010

Graf

Het graf (grave, tomb, sepulchre) of opbergruimte voor een lijk of dood lichaam, de grafstede alsook de plaats waar iemand begraven ligt (burial place, resting place).



[Old English græf;  related to Old Frisian gref,  Old High German grab,  Old Slavonic grobǔ; ] (Collins English Dictionary - Complete & Unabridged 10th Edition )
O.E. græf  "grave, ditch," from P.Gmc. *graban  (cf. O.S. graf,  O.Fris. gref,  O.H.G. grab  "grave, tomb;" O.N. gröf  "cave," Goth. graba  "ditch"), from PIE base *ghrebh-/*ghrobh-  "to dig, to scratch, to scrape" (cf. O.C.S. grobu  "grave, tomb"); related to grafan  "to dig"). (Online Etymology Dictionary, © 2010 Douglas Harper )
1150–1200;  ME sepulcre  < OF < L sepulcrum,  equiv. to sepul-  (var. stem of sepelīre  to bury) + -crum  n. suffix of place (Dictionary.com Unabridged )
tomb: 1225–75;  ME tumbe  < AF; OF tombe  < LL tumba  < Gk týmbos  burial mound; akin to L tumēre  to swell. (Dictionary.com Unabridged )
from Old French tombe,  from Late Latin tumba  burial mound, from Greek tumbos;  related to Latin tumēre  to swell, Middle Irish tomm  hill (Collins English Dictionary - Complete & Unabridged 10th Edition )
tomb
c.1275, from Anglo-Fr. tumbe,  O.Fr. tombe  (12c.), from L.L. tumba  (cf. It. tomba , Fr. tombe , Sp. tumba ), from Gk. tymbos  "burial mound, grave, tomb," from PIE base *teu-  "to swell" (see thigh). The final -b  began to be silent 14c. (cf. lamb, dumb). ... A tombstone  (1565) originally was a horizontal stone covering a grave (or the lid of a stone coffin); meaning "gravestone, headstone" is attested from 1711.
(Online Etymology Dictionary, © 2010 Douglas Harper )




sepulchre - a chamber that is used as a grave    
chamber - a natural or artificial enclosed space
crypt - a cellar or vault or underground burial chamber (especially beneath a church)
tomb, grave - a place for the burial of a corpse (especially beneath the ground and marked by a tombstone); "he put flowers on his mother's grave"
mausoleum - a large burial chamber, usually above ground
monument, repository - a burial vault (usually for some famous person)
burial vault, vault - a burial chamber (usually underground)
(Collins Thesaurus of the English Language)


catacomb, crypt, final resting place, last home, mausoleum, mound, permanent address, place of interment, resting place, sepulcher, shrine, six feet under, tomb, vault

boneyard, God's acre, Golgotha, boot hill, catacomb, cemetery, charnel, charnel house, churchyard, city of the dead, crypt, eternal home, funerary grounds, garden, grave , graveyard, marble town, memorial park, mortuary, necropolis, ossuary, polyandrium, potter's field, resting place, sepulcher, tomb, vault


Under the tag "graf" you shall be able to find articles on any excavation made in the earth in which a dead body can be buried. Any place that becomes the receptacle of what is dead, lost, or past, the last place of interment; a tomb or sepulchre.
It is about a place for the burial of a corpse, which can be beneath the ground but also above the earth in a special build construction, a cavity in a mensa, a vault or mausoleum and usually marked by a tombstone.

The sepulchre is first mentioned in the Bible as the burialplace or grave purchased by Abraham for Sarah from Ephron the Hittite (Genesis 23:20). This was the "cave of the field of Machpelah," where also Abraham and Rebekah and Jacob and Leah were burried (79:29-32). That place was considered as the unseen world: Hades and Sheool, were since the first sin entered the wold also death came by it and therefore every element of creation had to face death and decay without any difference between plant, animal or human. (Ecclesiastes 3:19,20) All had to go to that one place, the grave, to become dust again. (Genesis 3:19; Ecclesiastes 12:7) In Acts 7:16 it is said that Jacob was "laid in the sepulchre that Abraham bought for a sum of money of the sons of Emmor the father of Sychem." Moses, Elisha, King David were placed in a sepulchre. Kings (1 Kings 2:10) and prophets (1 Samuel 25:1) were generally buried within cities. Graves were generally grottoes or caves, natural or hewn out in rocks (Isaia 22:16; Matthew 27:60). There were family cemeteries (Genesis 47:29; 50:5; 2 Samuel 19:37). Public burial-places like gehenna outside Jerusalem, were assigned to the poor (Jeremia 26:23; 2 Kings 23:6). Graves were usually closed with stones, which were whitewashed, to warn strangers against contact with them (Matthew 23:27), which caused ceremonial pollution (Numeri 19:16). There were no graves in Jerusalem except those of the kings, and according to tradition that of the prophetess Huldah.
Joseph of Arimathea provided his own newly made sepulchre for use of Jesus from Nazareth (Matthew 27:57-60) who also went into the hel of death.


Onder het etiket "graf" zal u artikelen vinden welke betrekking hebben op de rustplaats van afgestorvenen. Het graf kan daar gaan om een kuil in de aarde, een opgraving gemaakte in de aarde waarin een lijk kan begraven worden. Maar ook over enige andere plaats waar datgene dat dood is, het leven verloren heeft tot rust wordt gebracht of als laatste plaats krijgt van een ter aarde bestelling of begrafenis; een graf of sepulcrum, grafkelder, grafspelonk, graftombe. Het is over een plaats voor de begrafenis van een lijk, dat onder het terrein kan zijn maar ook boven de aarde in een speciale opbouw, een holte in een mensa, een gewelf, stenen grafmonument,  graftempel of mauseleum en gewoonlijk gemarkeerd door een grafsteen. Een grafspelonk daarentegen is de rotsen uitgehouwen uitgehouwen grot, waarin het lijk kan geplaatst worden.



Het sepulcrum wordt eerst in de Bijbel als de begraafplaats of graf vermeld dat door Abraham voor Sarah van Ephron de Hettiet werd gekocht  (Genesis 23:20). Dit was het "hol van het veld van Machpelah", waar ook Abraham en Rebekah en Jacob en Leah werden begraven (79:29-32). Die plaats werd als de ongeziene wereld beschouwd: Hades en Sheool. Deze plaatsen waren, aangezien door de eerste zondeval in de wereld ook de dood tot iedereen gekomen was, voor eenieder onderdeel van de schepping de tegemoet teziene laatste rustplaats. In de dood zou voor iedereen en alles verval optreden, zonder verschil tussen plant, dier of mens. (Prediker 3:19.20) Iedereen moest naar die plaats, het graf, gaan om opnieuw stof  te worden. (Gensis 3:19; Prediker 12:7) In Handelingen van de Apostelen 7:16 wordt gezegd dat Jacob "in het sepulcrum werd gelegd dat Abraham van de zonen van Emmor de vader van Sychem voor een som geld had gekocht". Mozes, Elisha, Koning David werden in een sepulcrum geplaatst. Koningen (1 Koningen 2:10) en profeten (1 Samuel 25:1) werden algemeen binnen steden begraven. Graven waren algemeen grotten of holen, natuurlijke of uit rotsen gehouwde holten (Jesaja 22:16; Mattheus 27:60). Er waren familiebegraafplaatsen (Genesis 47:29; 50:5; 2 Samuel 19:37). Openbare begraaf-plaatsten zoals Gehenna buiten Jeruzalem, werden aan de armen toegewezen (Jeremia 26:23; 2 Koningen 23:6). Graven werden gewoonlijk met stenen afgesloten, welke werden witgewassen, om vreemden te waarschuwen tegen contact met hen (Mattheus23:27), welk ceremoniële vervuiling veroorzaakte (Numerieken 19:16) . Er waren geen graven in Jeruzalem behalve die van de koningen en volgens traditie die van de profetes Huldah. Joseph van Arimathea verzorgde zijn eigen pas gemaakt sepulcrum voor gebruik voor Jezus van Nazareth (Matthew 27:57-60) die ook door zijn dood in "de hel" ging.

Graf, begraafplaats, grafplaats, grafakker, Gods Akker, Akker des Heren, dodenakker, Golghotha, catacombe, crypte, sarcofaag, bijzetplaats, ter aarde bestelling, grafruimte, grafstede, grafkuil, aardkuil, pottenbank, familiegraf, erfgraf, kindergraf, grafspelonk, koepelgraf, keldergraf, familiekelder, grafgewelf, crypte, grafgang, eregraf, praalgraf, tombe, eretombe, mausoleum, columbarium, urneplaats, urnemuur, reuzengraf, hunnebed, grafheuvel, grafterp, tumulus, piramide, konus, pantheon


grafmonument, cenotaphium, dolmen, sarcophaag, grafzuil, grafnaald, graftombe,

grafsteen, grafgesteente, grafzerk, , lijkgesteente, grafnis, grafplaat, grafbord,

gewijde grond, graftuin, begraafplaats,

campo-santo,

ossuarium, knekelhuis, beenderhuis, beenderurn, beenderengrot, beenderhoop,

ligplaats tussen vier planken, ligplaats voor eeuwig,

laatste ankerplaats, laatste tolplaats, den dieperik, poort tot het eeuwig e (niets/leven), pierenkuil, put voor de gecrepeerden, put/kuil der ruste, bij de mieren zijn, plaats van ontbinding, lijkenstek, lijkenplaats,, knekelmansplaats, doodskistenplaats, kadaver plaats/ruimte,

aan de schoot der aarde toevertrouwen, onder de grond stoppen, in de put steken,een lijk bijzetten, lijken verbranden/verassen,

Ontbinding

De ontbinding (decomposition, decay)of het vergaan door bacteriële omzetting van eiwitstoffen (vooral van lijken en kadavers) (corruption of the body after death), maar ook de opheffing (dissolution, disbandment, annulment, rescission) van iets.



Under the Tag "ontbinding" we shall mainly look at the situation after death, which is discribed in the Bible as the givingup of the spirit (pneuma) (Luke 23:46) and the laying down or departure of the soul (= any living thing; AV: life; Greek: psuche) (John 10:11,15,17). After we die our body is going to decompose, decay, rot, putrefy, spoil meaning to undergo destructive dissolution. When the body is not put in an incinnerator or on a firestake the body shall slowly change from a state of soundness or humanly form to dust. It shall decompose and break down by chemical change.

decay
c.1460, from O.Fr. decair,  from V.L. *decadere  "to fall off," from L. cadere  "to fall" (Online Etymology Dictionary, © 2010 Douglas Harper )
Latin decadere to fall, sink, from Latin de- + cadere to fall
: break down, corrupt, decompose, disintegrate, fester, foul, mold, molder, perish [chiefly British], putrefy, rot, spoil, fall apart, go to seed (or run to seed) (Merriam-Webster Dict.)


A gradual falling into an inferior condition; progressive decline as a result of bacterial, fungal, or chemical action. The decomposition  suggests the reducing of a substance to its component elements; and the disintegration  emphasizes the breaking up, going to pieces, or wearing away of anything, so that its original wholeness is impaired.
Often people would like not to hear that the body also can rot away. Rot  being a stronger word than decay  and esp. applied to decaying vegetable matter, which may or may not emit offensive odors.
Decay can denote partial deterioration short of complete destruction.



putrefaction, deterioration, decadence, impairment, dilapidation, degeneration.

After death the body returns to the earth, while the mind becomes inactive and leaves the person without the capacity to think, act or react. (Psalm 164:4, Ecclesiastes 9:5,10) with everybody is going to happen as with the animals and the plants, once the soul, the being itself dies, having no superiority to the rest of the creation, men shall also go to the same place (sheool, the grave) and rot away to return to dust.(Ezekiel 18:4; Ecclesiastes 3:19-20)



Onder de verwijzer of  Etiket "ontbinding" zullen wij hoofdzakelijk de toestand na dood onder de loep nemen. De artikelen zullen bespreken wat er gebeurt na de toestand van het sterven, die in de Bijbel als het opgeven van de geest (pneuma) wordt genoemd (Lukas 23:46) ook beschreven als het neerleggen of vertrek van de ziel (= levende dingen; AV: leven; Griek: psuche) (Johannes 10:11,15,17). Nadat wij gestorven zijn gaat ons lichaam ontbinden, desintegreren, vervallen, rotten, bederven. Bederven om vernietigende ontbinding te ondergaan. Wanneer het lichaam in een incinnerator of verbrandingsoven is gezet of op een brandstapel wordt gelegd kan het zeer vlug over gaan tot asse. Indien het echter begraven wordt zal het lichaam langzaam van een staat van schijnbare uiterlijke gezondheid of menselijk vorm veranderen om tot stof. Het zal door chemische verandering wijzigingen ondergaan en desintegreren.



De ontbinding is een geleidelijk vervallen tot een minderwaardige toestand; progressieve afname tengevolge van bacteriële, schimmel of chemische actie. De decompositie stelt de verminderen van een substantie naar zijn componentonderdelen voor; en het uiteenvallen benadrukt het afbrekingsproces,  het tot gaat stukken uiteenvallen, zodat de oorspronkelijke heelheid geschaad wordt.

Dikwijls zouden mensen het liever niet willen  horen dat het lichaam ook weg kan rotten. Rot zijnde een sterker woord dan verval en specifiek toegepaste op het vervallen van groentematerie, welke onaangename geuren kan teweeg brengen.
Verval kan de gedeeltelijke achteruitgang aanduiden tegenover die van volledige vernietiging.



Bederf, achteruitgang, decadentie, beschadiging, verval, degeneratie.

Na dood keert het lichaam terug naar de aarde, terwijl de geest inactief wordt en de  persoon zonder de capaciteit tot denken, te handelen of te reageren laat. (Psalm 164:4, Prediker 9:5.10) Met iedereen gaat het zoals met de dieren en de planten, zodra de ziel, het wezen zelf sterft, heeft het geen superioriteit naar het overige van de creatie, mensen zullen ook naar dezelfde plaats (sheool, het graf) gaan en zullen weg rotten om terug te keren naar stof. (Ezechiël 18:4; Prediker 3:19-20)


afsterven, bederven, in verval raken, aftakelen, bederf, verval, aftakeling, creperen, creveren,

ter ziele gaan, aas worden,

de laatste tol aan de natuur betalen, de weg van alle vlees gaan, naar het pierenland gaan, het pierenkuiltje ingaan,

Mening, overtuiging of opinie

Menen (to mean, to think); mening, opinie (opinion, view), overtuiging [vaststaande mening (conviction), geloofsovertuiging (belief), godsdienstige overtuiging (religious persuasion, beliefs, faith, creed)]
bef. 900;  ME menen,  OE mǣnan;  c. G meinen,  D meenen
O.E. mænan  "to mean, tell, say, complain," from W.Gmc. *mainijanan  (cf. O.Fris. mena , Du. menen,  Ger. meinen  to think, suppose, be of the opinion"), from PIE *meino-  "opinion, intent" (cf. O.C.S. meniti  "to think, have an opinion," O.Ir. mian  "wish, desire," Welsh mwyn  "enjoyment"), probably from base *men-  "think." (Online Etymology Dictionary, © 2010 Douglas Harper)

L. sensus:  "perception, feeling, undertaking, meaning,"

Under the Tags "mening" and "overtuiging" you shall be able to find articles about the way of strong thinking of a person and his fixed or firm belief. It is about the state or appearance of being convinced of a certain faith or belief.  But it shall also consider the attitude of people and their actions by a fixed or firmly held belief, opinion, etc.. To mean = to have in mind as one's purpose or intention


The "mening" is the meaning or the general word denoting that which is intended to be or actually is expressed or indicated. Here we take the thought of a person in consideration, how he or she wants to keep to a certain idea. But also the recognition of something as incumbent or fitting, right, or accepting as a true value. sometimes also the sense or the meaning or gist of something, but mainly an opinion or judgement formed or held. To have an opinion there has to be a sense or an awareness or recognition of something; the stimulus may be subjective and the entire process may be mental or intellectual.
+ denotation, connotation, interpretation, foreordain, feeling, sentiment, discern, appreciate, recognize.


Convinced:  Latin convincere to refute, convict, prove, from com- + vincere to conquer
To have been overcome by argumen;  to bring (as by argument) to belief, consent, or a course of action. (Merriam Webster Dict.) per·suade Latin persuadēre, from per- thoroughly + suadēre to advise, urge: to move by argument, entreaty, or expostulation to a belief, position, or course of actio.
To bring by the use of argument or evidence to firm belief or a course of action. According to a traditional rule, one persuades someone to act but convinces someone of the truth of a statement or proposition. (The American Heritage® Dictionary of the English Language, Fourth Edition copyright ©2000 by Houghton Mifflin Company.)
To move by argument or evidence to belief, agreement, consent, or a course of action L convincere  to prove (something) false or true, (somebody) right or wrong, equiv. to con- + vincere  to overcome (Dictionary.com Unabridged)

God wants that we
come till a fixed decision.  He wishes that we become strong in the faith and that we become convinced in which way to take.  Therefore we must cultivate us a good view and become convinced by Gods Word to take on the True Faith with a clean conscience.


Onder de Etiketten, verwijzers of tags "mening" en "overtuiging"
zal u artikelen kunnen vinden  over de wijze waarop een persoon sterk aan een idee kan houden of stevig aan een bepaald geloof vast houdt en hier zich ook durft over uitspreken. Hier nemen wij die gedachte in overweging waaraan iemand wil vasthouden.

Het gaat over de inhoud, de bedoeling bij hetgeen men zegt of schrijft. Het zijn zijn opvattingen die een belangrijk onderdeel vormen van zijn aangenomen houding. Deze gedachten kunnen gebasseerd zijn op het gevoelen maar ook heel rationeel of ook wetenschappelijk gefundeerd zijn. Het gaat over de staat of verschijning van overtuiging van een zeker geloof of gedachte. Maar het zal ook de houding van mensen en hun acties door een standvastig vastgehouden aan bepaalde gedachten, geloof, mening, enz. beschouwen. Menen = om in gedachte te hebben als een doel of intentie of het zeker weten, in ernst bedoelen.

De "mening" is de betekenis of het algemene woord dat aanduidt wat wordt gepland te zijn of wat er eigenlijk uitgedrukt of aangeduid wordt. Hier nemen wij de gedachte van een persoon in overweging, hoe hij of zij aan een zeker idee wil vasthouden. Maar ook de erkenning van iets dat zodanig in overweging genomen wordt als het juiste of dat als juiste of ware waarde wordt aangenomen. Soms ook in de zin of de betekenis van of kern van iets, maar hoofdzakelijk een mening of
gevormd oordeel waar men aan vasthoudt. Om een mening te hebben moet daar een zin of een bewustzijn of erkenning van iets zijn; de stimulus kan subjectief zijn en het volledige proces kan geestelijk of intellectueel zijn.


Overtuiging of volgens de persoon het niet te weerleggen, en het bewijs.
Het is de gedachte om (zo door argument) naar geloof, toestemming of een handelwijze te brengen. (Merriam Webster Dict). Het houdt ook de neiging in van mensen om anderen hun gedachten aan te raden. Er is dan de drang om door argument, smeekbede, of vermaning anderen naar een geloof, positie of cursus van actio
te bewegen. Om door het gebruik van argument of bewijs tot geloof te brengen  of een handelwijze te versterken.
De mening zal tot uiting komen de sterke houding in de aangehouden gedachte waarbij door argument men anderen tot dat geloof tracht te bewegen of te doen veranderen van gedachten,  of om tot te komene tot een overeenkomst, toestemming of een handelwijze.

+


van mening zijn, van oordeel zijn, gevoelen, bevinden, denken, vinden, van gedachten zijn, geloven, met eigen ogen zien, zijn eigen licht volgen, zijn eigen kijk op iets hebben, goede kijk op iets hebben,
mijns achtens, mijn oordeel, naar mijn oordeel, naar mijn rekening, volgens mijn dunken, mijns dunkens, naar mijn wijze van zien, mijns erachtens, bij mijn weten, naar mijn schik, in iemands oog

in gemoede nemen, interpreteren,
interpretatie

bij zijn gedachten blijven,pré-opineren, ergens niet af willen,

Aanduiding, connotatie, raisonneren, raisonnatie, redeneren, opvatten, inzien,

oordelen, zijn stem over (voor, tegen) iets uitbrengen, bepalen, beslissen, decideren, determineren, zich decideren, resolveren, prononceren,besluiten, maatstaf aanleggen, een besluit opmaken,

opvatting, zienswijze, denkbeeld, inzicht, inzien, gezindheid, overtuiging, dunk, convictie, intuïtie,sententie, opinie, roep, stem, signatuur

besluit, beslissing, uitspraak, oordeelvelling, oordeel, decisie, verdict, besluitvaardigheid,



God wil dat wij tot een vast besluit komen. Hij wenst dat wij ervan overtuigd geraken welke weg in te slaan. Hiervoor moeten wij ons een goede zienswijze aankweken en door Gods Woord overtuigd geraken om met een zuiver geweten het Ware Geloof aan te nemen.