Showing posts with label bekeerling. Show all posts
Showing posts with label bekeerling. Show all posts

Monday 15 April 2019

Ex-imam door door familieleden in Uganda afgeranseld

Sheikh Hassan Podo, een 28-jarige imam die zich onlangs bekeerde tot het christendom is afgeranseld door familieleden in Uganda.
Het feit dat hij al drie weken niet meer naar de moskee was geweest en gespot werd toen hij een kerk binnenging zorgden voor grote woede bij zijn familie.

Blog God Reports brengt hierover verslag uit.

Slechts 12 procent van de bevolking van Uganda is moslim maar het gaat hierbij wel vaak om radicale aanhangers van de islam. Sheikh Hassan Podo was afgelopen februari tot het christelijk geloof gekomen. Een tijdje kon hij zijn bekering nog geheim houden maar toen zijn familie hem ermee confronteerde en stevig ondervroeg bekende Podo kleur.
"Zonder dat ze mij uit lieten praten begonnen mijn broers mij te omsingelen met stokken. Het was moeilijk om te ontsnappen," 
vertelt Podo.

Zijn vrouw en kinderen vluchtten naar het huis van een christelijke buurvrouw. Podo werd even later bewusteloos op de straat gevonden door een buurtbewoner en naar het ziekenhuis gebracht. Hij had een grote hoofdwond.
Na twee dagen werd Sheikh Hassan ontslagen uit het ziekenhuis en naar het huis van de pastor gebracht die hem het evangelie had uitgelegd. Uiteindelijk is Podo herenigd met zijn vrouw en kinderen en bevinden ze zich nu op een onbekende locatie.

Monday 14 April 2014

Wanneer de jongere oor kreeg voor Arabische klanken

In Bekeerlingen en omgang keken wij naar diegene die van geloof wenste te veranderen.
 Bij zulk een verandering wordt de familie van die bekeerling ook getroffen. Voor hen doen zich ook vele veranderingen voor. Ofwel kunnen zij zich ook aanpassen en er mee trachten te leven ofwel nemen zij er afstand van en keren zij zich er helemaal van af.

Belangrijk is wel dat de personen er rond willen na gaan waar die bekeerling mee bezig is. Zodra dat er iets speciaals op valt van aandachtswijziging is het misschien neit slecht om een goed gesprek aan te gaan. Omstaanders kunnen eens horen waar de persoon eigenlijk in geïnteresseerd is en waar hij of zij mee bezig is. Of nog beter: de vraag stellen wie hij of zij eigenlijk wil zijn.

Hoe een zuster haar broer zag veranderen en opkeek van zijn blik in de verte, kan u lezen in Dit is mijn broertje, hij werd moslim.

Fotografe Saskia Aukema zag op straat steeds vaker moslims van wie ze vermoedde dat ze 'geen moslim van geboorte' waren.
"Vrouwen met blauwe ogen en een hoofddoek. Ik vroeg me af waarom mensen zich bekeren tot de islam. En hoe dat dan gaat. Het leek me een moeilijke keuze. Want de islam heeft geen goed imago in het nieuws."
 Ze las erover, keek documentaires, bezocht bijeenkomsten van vrouwen die zich wilden bekeren.
"Eerst zonder camera. Toen ik de mannen en vrouwen beter leerde kennen, begon ik met het maken van portretten."
Ze had gelezen dat fotografie binnen de islam moeilijk kon liggen, maar ze ondervond nauwelijks weerstand.
 "Tot mijn verbazing kreeg ik toestemming om een fotostudiootje in te richten op de Nationale Bekeerlingendag. Die wordt ieder jaar georganiseerd, er komen wel vijftienhonderd mensen op af. Veel mensen, mannen en vrouwen, lieten zich die dag fotograferen. Ook degenen die dat niet wilden, waren enthousiast over het project."
"Voordat ik aan het project begon kende ik nauwelijks moslims. Ik snap nu waarom mensen zich bekeren. Het geeft houvast. Als buitenstaander denk je dat je wordt beperkt, maar zo ervaren zij het zelf niet."
Saskia Aukema maakte tijdens haar project kennis met antropologe Vanessa Vroon-Najem. Zij deed jarenlang onderzoek naar bekeerlingen en is afgelopen woensdag aan de UvA op het onderwerp gepromoveerd (zie Bekeerlingen en omgang). Samen hebben ze het boek 'Bekeerd' gemaakt, met teksten van Vanessa en de foto's van Saskia. In het Amsterdam Museum is een tentoonstelling met hun werk vorige vrijdag voor publiek geopend.

Lees verder > Dit is mijn broertje, hij werd moslim.

© Saskia Aukema. Jeroen (de broer van Cathelijn Schilder), bekeerd in 2005

Enhanced by Zemanta

Saturday 12 April 2014

Bekeerlingen en omgang

Verscheidene religieuze groepen proberen mensen te bekeren, maar wat gebeurt er wanneer zij overgestapt zijn to die religie. In België kunnen wij verscheidene vlaamse meisjes zien rondlopen in islamitische klederdracht. Ook weten wij dat er moslims tot het Christelijk geloof zijn gebracht, zoals tot de Christadelphians.

Van de Christadelphians weten wij dat zij door mensen van Carelinks gedoopt zijn en dat zij verzocht worden om geen contact te hebben met de andere Christadelphians, zoals mijn kerkgemeenschap. Dit is een zeer betreuren waardig iets en men kan daarbij de vraag stellen in welke mate er voor gezorgd wordt dat er sociaal contact met geloofsgenoten kan zijn en in welke mate deze mensen door hun keuze niet meer afgezonderd geraken in onze maatschappij.

De Amsterdamse antropologe Vanessa Vroon-Najem deed vijf jaar lang onderzoek naar de ervaringen van vrouwelijke bekeerlingen om na te gaan wat er gebeurt met Nederlandse vrouwen die zich bekeren tot de islam. Indien men overstapt naar een ander geloof zal dat vast en zeker gevolgen hebben in het sociale leven van die persoon en in de betrokkenheid met de omgeving.

In vele gevallen en zeker bij een overstap naar de Islam zal de veranderde houding en/of klederdracht bij de omstaanders vragen oproepen. Vooral bij bekeerlingen naar de Islam zal het uiterlijk reacties oproepen.

Deze week promoveerde Vanessa Vroon-Najem aan de Universiteit van Amsterdam op het proefschrift 'Sisters in Islam. Women's Conversion and the Politics of Belonging. A Dutch Case Study'. Voor het grote publiek maakte zij samen met fotografe Saskia Aukema het boek 'Bekeerd'.

"Sommige bekeerlingen zijn eenzaam", zegt Vroon. "Moslims in de moskee zijn blij met hun overgang tot de islam. Ze krijgen knuffels en felicitaties, maar als ze buiten staan komen ze vaak in een gat terecht. De moskee heeft meestal geen draaiboek voor de begeleiding van bekeerlingen."
Dat verhaal komt ons heel bekend voor, ook bij de Christen gemeenschappen in Afrika of Azië. daar zien wij dat die tot het Christendom gebrachte bekeerlingen na hun doopsel dikwijls in de kou achter blijven. In plaats van zich in een broederschap en nieuwe familie opgenomen te voelen, worden zij als het ware meer afgezonderd van de mensen en komen zij dikwijls in eenzaamheid terecht.

Wie kan niet beter spreken over zulk een gevoel dan iemand die het aan de lijve mocht ondervinden. Volgens mij kan Vroon dara wel aanspraak op maken. Zij werd in de jaren negentig zelf moslima. Maar haar persoonlijke ervaringen waren niet de reden voor haar onderzoek. Het had eerder te maken met het felle islamdebat dat rondom de eeuwwisseling begon.
Vroon:

"De vraag werd gesteld of de islam wel bij Nederland past. Moslims kwamen in een spanningsveld terecht. Bekeerlingen zijn een interessante groep om dat spanningsveld te onderzoeken. Zij hebben de vraag of de islam bij Nederland past voor zichzelf al met 'ja' beantwoord."
Iemand die tot een ander geloof komt, heeft eerst de interne strijd te leveren met de eigen familie, zij het ouders, broers en zussen of zelfs echtgenoot, echtgenote en kinderen. Sowieso gata een verandering van geloof spanningsvelden veroorzaken.

Bij een overstap naar het Jodendom of Islam komen er niet enkel de geloofspunten om de hoek kijken maar is er de voedingsnorm die bepaalde eisen zal opleggen welke niet dadelijk door de omgeving zal aanvaard worden. Er is de botsing met de eigen familie, die er soms moeite mee heeft dat er ineens per se halal-eten op tafel moet staan. Vader en moeder maken zich zorgen. Krijgt hun dochter nog wel een baan nu ze een hoofddoek draagt?
Vroon:
"De samenleving reageert vaak afwijzend op blauwe ogen met een hoofddoek. Men ziet het als verraad. Er zijn ook Surinaams-Nederlandse of Antilliaans-Nederlandse bekeerlingen met een hoofddoek maar dat valt minder op."
Bij bekeerlingen moet men ook nog na gaan hoe ver de bekeerde wil gaan en, wat ik veel belangrijker vindt, wat de beweegredenen mogen zijn voor de geloofsverandering.

In mijn woonwijk zie ik wel meisjes die gesluierd zijn gaan lopen en zogezegd tot de Islam zijn bekeerd, maar ik vraag mij af of buiten het uiterlijk wel degelijk iets in de geest veranderd is, buiten de onderwerping aan hun Islamitische man.
Bij sommige heb ik ondervonden dat zij helemaal niet over hun geloof willen praten en/of dat zij helemaal gene kennis hebben van wat er eigenlijk in de Koran staat. De meesten hebben dat heilige boek zelfs nog niet eens gelezen, maar gaan voort op de uitspraken van hun man dat dit of dat er wel zou instaan.

Anderzijds zegt Vroon dat het haar opviel dat velen alleen de voorschriften uit de schriftelijke bronnen zoals de Koran willen overnemen.

Er bestaan veel misvattingen over bekeerde moslima's, zegt Vroon. "Er leeft het idee dat ze meestal vanwege een man bekeerd zijn. Maar van de 47 vrouwen die ik geïnterviewd heb, hadden 21 geen islamitische man. Hun achtergronden weerspiegelen eerder de secularisatie van Nederland. Sommigen waren religieus opgevoed maar deden weinig meer aan godsdienst. Anderen waren zonder religie opgegroeid. Vaak onderzochten vrouwen meerdere religies alvorens voor de islam te kiezen.
Men bekeert zich niet van de ene op de andere dag. Ik kan mij voorstellen dat er zelfs heel wat tijd over gaat. Volgens de doctorandus was de bekering ook meestal een geleidelijk proces, zelfs bij vrouwen die met moslims getrouwd waren.
Vroon:
"Ook dan bleek in mijn onderzoek de man niet de rechtstreekse aanleiding in de zin dat bekering een voorwaarde was voor het huwelijk. Mannen gingen verschillend om met de bekering van hun vrouw. Sommigen praktiseren de islam serieus, de ander doet er weinig of niets aan. In het eerste geval waren mannen er alert op dat het een zelfstandige, religieus geïnspireerde keuze was, in het tweede geval betekende de bekering soms het einde van de relatie."
Men kan zich goed voorstellen dat indien er een chtpaar is en één van de partners van geloof wil veranderen dit ook het huwelijk in gevaar kan brengen. Maar ook bij samenwonenden zal zulk een weiziging van gedachten heel wat spanningen opleveren, vooral als de persoon er bewust van wordt dat volgens het geloof, zij het Islam of Christendom, niet hoort om zo maar met iemand onder hetzelfde dak te wonen en seksuele betrekkingen te hebben.
Spanningen kunnen optreden wanneer een stel ongetrouwd samenwoont en de bekeerde vrouw ontdekt dat dat binnen de islam niet mag en de man voor het blok zet om te trouwen. Dat gaat sommige mannen te ver, en dat betekent einde relatie.
Bij al de nieuwe bekeerlingen kan men zien dat men gelijkgezinden gaat willen opzoeken. Vooral andere bekeerden vinden zal volgens mij een belangrijk gegeven worden om zich goed te gaan voelen met het nieuwe geloof, maar ook om niet vlug te vervallen in oude gebruiken. Volgens mij is een mogelijkheid om met geloofsgenoten regelmatig bijeen te komen een zeer belangrijk gegeven om aan dat nieuwe geloof te kunnen vast houden.

De bekeerden kunnen steun zoeken en zich door elkaar aangemoedigd voelen. Dit zal volgens mij ook de mogelijkheid geven dat zij de moed zullen krijgen om ook hun nieuw verworven geloof verder uit te dragen. Bij de Islam meisjes ziet men dat zij soms kunnen over gaan tot het oprichten van groepjes om samen de islam te bestuderen.
 Ze proberen onderscheid te maken tussen culturele gewoonten van moslims en de voorschriften van de religie.
Vroon:
"Het viel me op dat velen alleen de voorschriften uit de schriftelijke bronnen zoals de Koran willen overnemen."
Bij deze bekeerlingen sluiten zich ook jonge geboren moslima's aan. Ook zij hebben er moeite mee dat de voertaal in moskeeën niet altijd Nederlands is. Soms hebben ze weinig van hun ouders meegekregen en moeten ze net als bekeerde moslima's nog van alles leren, bijvoorbeeld het gebed. 
Volgens mij bestat er een gevaar in dat in bepaalde moskeeën de voertaal geen Nederlands is terwijl deze meisjes niet Arabisch kundig zijn. Van alles kan hen wijs gemaakt worden en volgens mij zal er door het gebrek aan taalkennis  ook onvoldoende inzicht in de geloofsmaterie kunnen verworven worden.

Studies omtrent geloofsverandering kunnen voor omstaanders maar ook voor diegenen die denken aan verandering een licht werpen over het hoe, waarom en waarop te letten.
Enhanced by Zemanta

Thursday 24 March 2011

De Bekeerling, bekeringsactie en bekering

Men kan helemaal niet in een God of Schepper geloven of wel een gedachtegoed aanhangen waarbij men bepaalde zaken gelooft die niet overeenstemmen met dat geloof war men naar over stapt of converteert.

In het leven kan men een bepaalde levensovertuiging er op na houden en wordt men aangelokt tot allerlei gedachten of er toe verleid over te gaan tot bepaalde handelingen. De menselijke natuur, uiterlijke omstandigheden (de wereld) en de tot kwade geneigde menselijke gedachten omstrengelen ons. Alleen indien de wil in de bekoring toestemt ontstaat zonde. Het besef van zonde kan er alleen maar zijn als er besef van goed en kwaad is en als er een connectie is met de Schepper, God de Allerhoogste.

Men kan een goede mening er op na houden. Het verlangen om het goede te doen is een eerste stap tot het betere. Als bij dit verlangen om door al zijn werken de wil van God te volbrengen de daad bij het woord wordt gevoegd is de tweede stap in de goede richting gezet. De goede mening maakt zelfs zedelijk onverschillige handelingen verdienstelijk; vandaar dat het raadzaam is goede mening regelmatig te formuleren.

Intentie is essentieel voor de vorming van het eigen ik en de aan te nemen attitude.

God heeft verscheidene dingen geopenbaard en heeft via Zijn uitverkoren mensen Zijn Woord laten neertekenen in de Boeken die wij nu kennen als de Bijbel. Het zijn die Geschriften welke de mens kunnen vormen en tot andere gedachten kunnen brengen.

Voor de niet gelovige die tot het besef komt dat er één God is, die het goede beloont en het kwade straft, kan er een punt komen in het leven dat hij of zij beslissingen moet nemen om de geloofspunten te herkennen en te erkennen als enige waarheid. Met het besef van die waarheden komt ook de zondiging tegen het geloof in beeld.
Dan komt het er op aan over te gaan om de geloofsregels al of niet te aanvaarden en er zich aan te onderwerpen.

Als men in het leven tot het punt van inkeer komt en men van het kwade wil afstappen kan men zich gaan bekeren. Dat bekeren houdt dan in dat men gaat overstappen tot een andere mening en tot het overgaan beter te gaan leven.
De bekeerling is iemand die toegetreden is tot een ander geloof of godsdienst of partij. De bekeerlinge is zij die pas bekeerd is.

Bekering noemt men de daad, waardoor iemand van godsdienstige overtuiging ver­andert. Degene, die deze daad stelt, wordt door hen bij wie hij zich aansluit bekeerling (convertiet, proseliet), door hen, die hij verlaat apostaat, renegaat of -.. afvallige genoemd.

Het zich bekeren omvat voor de gelovige het tot inkeer brengen en veranderen van levenswijze volgens de regels van God, met een kenbaar maken naar de buitenwereld van die overstap.

Bij bekering moet er een bewijs van verandering komen. er moet rechtvaardiging en rechtzetting gebracht worden, naast het waarmaken en het betonen of aantonen van verandering. De bekering zal een testificatie moeten inhouden waarbij men getuigt of testificeert, aanhaalt wat en waarom men wat wil aanhangen.

Het kan zijn dat anderen iemand hebben willen overhalen, reden hebben doen verstaan, overreden of overtuigd hebben. Die verzekering die men dan heeft aangenomen mag niet zomaar een ompraten zijn. Men kan bepraat zijn maar dat zal van generlei waarde zijn als er geen inzicht bij te pas is gekomen. Men kan verwonnen zijn, overhaalt worden, iets uit het hoofd gehaald zijn, overrompeld zijn, meegesleept zijn, overtuigd of gepersuadeerd zijn, maar voor een goede bekering zal het nooit mogen gestoeld zijn op valse voorwendsels, valse of onstabiele leerstellingen, inducering of omkoperij.

Om te kunnen komen tot een werkelijke bekering moet deze houding gestoeld zijn op overdenkingen die grondig, welgegrond, beredeneerd, proefhoudend, overwegend, doorslaand, afdoend, gedocumenteerd, gemotiveerd, demonstratief, liquide, apologetisch, overredend, overtuigend zijn. Het moet niet vergezocht zijn, maar wel a priori, a posteriori, a forteriori, bewijsbaar, betoogbaar en afdoende gefundeerd.

Bij de bekering komt men aan het punt van kiezen en verwerpen.
Er is het verlangen, het wensen, wilen, verkiezen, begeren, iets gaarne hebben, ergens op staan, op iets gezet zijn, het oog op iets hebben, met daarbij het op gedachten komen, van gedachte veranderen en van gedachten zijn. Men kan de keur hebben en zijn wil hebben, maar men komt tot het punt dat men zal moeten kiezen, verkiezen en zijn keus zal moeten laten vallen of het strootje trekken.
Na veel lezen, onderzoeken, in vraag stellen, antwoorden vinden en bevindingen te verwoorden zal men moeten kunnen uitkiezen en de voorkeur moeten geven aan datgene wat men wil voortrekken of prefereren.
Met zijn voorstem te getuigen moet men dan zijn keuze bevestigen en afkiezen alsook zijn houding gaan afstemmen of in overeenstemming gaan leven volgens de nieuw gekozen te volgen weg. Men moet met zich zelf eens worden maar ook met het geloofsgoed waartoe men zich wil bekeren. Men kan te rade worden, een besluit nemen en opmaken. het is een beslissing die van de persoon zelf uit moet gaan waarbij hij vele oude knopen zal moeten doorhakken, uitwijzen, zaken zal moeten beëindigen of afvallig maken. Hij zal moeten beslissen, bepalen of uitmaken welke stappen hij zal willen gaan ondernemen en wat hij zal willen beklinken.
Hij zal moeten over gaan tot, besloten zijn, decideren, resolveren en determineren.
De bekering eist een besluitsverandering, een gemoedstoestand die zuiver is waarbij men over gaat tot een zich verzinnen, omdraaien, omkeren en een draai neemt in een andere richting. Het is echter gemakkelijker van kleren te veranderen dan van geloof, waarbij men beslissend, decisief, beslist moet optreden.
Naast het voornemen moet er het raadsbesluit komen, de eindbeslissing en het eindbesluit waarbij men partij kiest.

Alle bedrog, misleiding, bejuicheling, begoocheling moet opzij gezet worden. Er is dan geen plaats meer voor verschalken, verstrikken, verknikkelen, verlakken, foppen of foeteren. Men mag niet meer knoeien, knippen, knijpen, knevelen, lorren, lorsen, lapzalven, trochelen, smousen of niet meer met streken zitten, slinks handelen of slinkse wegen inslaan.
er kan geen wijn meer versneden worden want bij een bekering word klare taal vereist naast rouwmoedigheid. Namelijk is er berouw nodig over het verleden en moet men als het ware versterven of van de wereld afsterven om godverzoend te geraken.

De bekeerling moet zich bezwaard voelen over vroeger verkeerd gedane dingen, maar hij of zij kan zich verheugen dat door de doop hij of zij zal kunnen witgewassen worden. Als het geweten wakker geschud is en men tot inkeer is gekomen kan het rouwproces beginnen en kan men de wroeging laten uitwerken. Bij het in eigen boezem tasten kan men tot inkeer komen en het zich op de borst kloppen, zich bekeren, zich beteren en de oude mens of Adam afleggen. Het bekeren is zich figuurlijk omkeren en verkleden waarbij men wil afboeten, uitboeten, betalen en zijn vuile lakens zelf wil wassen om wederom geboren te worden.

Er is een zondebewustheid nodig maar men mag gerust beseffen dat vallen en opstaan geen schande is. Het vallen is geen schand, maar wel 't niet op te staan. Beter ten halve gekeerd dan ten gehele gedwaald. Heeft half geboet; niet meer doen is het beste berouw.

Anderen kunnen helpen om iemand tot betere gedachten te brengen, iemand te bekeren en op de rechte weg te helpen. Hierbij kunnen zij hem ondersteunen, maar de daad zal uit eigen wil moeten komen waarbij iedereen zijn eigen stoep zal moeten schoon vegen.
De bekeerling zal rechtzinnig, rechtgelovig de juiste beslissing zelf moeten nemen waarbij hij best bijbelvast, schriftvast confessioneel zowel oud-testamentisch als nieuw-testamentisch, canonisch als paulinisch de leer van Christus aan neemt, een belijdenis wil afleggen en voor zijn geloof durven uitkomen, waarbij hij fijn op de graat moet zijn.

Het zal niet gaan om zo maar een gevoelschristendom, maar het meot dorleeft zijn in een gewetensvrijheid met geloofsvrede en zonder geloofsdwang, gemoedsdwang of verkeerde gewetensdwang. Er mag een consciëntiedwang zijn, want het diepgaande besef voor verandering is de beste voedingsbodem om een degelijk fundament op te bouwen voor een Bijbels geloof.

Geloofsvragen en geloofsbegrippen moeten de bekeerling bezig houden en hij of zij kan maar over gaan tot de act van bekering als de geloofszaak duidelijk is. Na de geloofsvraag moet het geloofsbegrip gekomen zijn waarbij soms wel geloofsbeproeving bij optreedt. Het geloofsonderzoek kan geloofstwisten oproepen, maar met het geloofsonderscheid moet men de geloofsbegrippen duidelijk kunnen gaan sorteren. Geloofsgeschillen en geloofsregels moeten duidelijk bekeken en afgewogen worden. Er moet een duidelijk inzicht zijn in wat menselijke leerstellingen zijn of dogmas en wat God werkelijk wil. Gods Wil moet in de eerste plaats komen.
De geloofsstukken met de christenleer moet niet zozeer een Kerkleer maar wel de zuivere leer. Het Verlossingsplan en verlossingswerk moeten gekend zijn met de heilsfeiten en het godsbegrip met juiste godsbeeld en heilbelofte.

Door het over gaan tot bekering kan een rechtvaardigmaking plaats grijpen en kan de genade of heiligmakende genade bewerkstelligd worden. Dadelijke gratie kan bij de doop als bezegeling van de bekering verkregen worden.

Elke bekeerling heeft de geloofsbronnen voor hem ter beschikking. De Godsopenbaring ligt zo voor het grijpen in de revelatie of openbaring in de Geschriften, de Schriftuur, Schrift, Heilige Schrift of Bijbel, het Woord. De Bijbel, biblia, Woord van God, moet een vertrouwd instrument worden, dat met een huisbijbel regelmatig zo niet dagelijks ter hand kan genomen worden, niet enkel voor vluchtige inzage maar voor bezinning en bestudering van Gods Woord.

Als rechtzinnige kan men na de doop overgaan tot het deel uitmaken van de geloofsgemeenschap. Na het kerstenen kan men opgenomen worden in de Gemeenschap van gelovigen of ecclesia. Na mogelijk bekeringswerk van anderen zal men na de christianisatie zelf zijn geloof in daden moeten omzetten. Het convertiet zijn hoeft niet, zoals in de enge zin, slaan op  een overgang van de Protestantse kerk naar Katholiek kerk. De conversie kan naar elke ander geloofsvorm zijn. Maar als bekeerde moet men nu ook stappen durven ondernemen om anderen te gaan bekeren.

Als bekeerde kan men na de doop een aannemeling worden. De neofiet, of nieuw gedoopte kan zich dan al gauw inwerken in de gemeente als nieuw lidmaat van die broederschap. Met zijn doop kan hij zijn bekering confirmeren en bevestigd hij zijn wil tot witwassing en tot opname in de gemeenschap van Kinderen van God.