Showing posts with label jezusvolgen. Show all posts
Showing posts with label jezusvolgen. Show all posts

Friday 14 October 2011

Unity

Unity is when you share fellowship with...
Chuck Runge

Unity is when you share fellowship with brethren in Christ,
and excuses are no longer necessary.

Set free from any form of mental torment or self-condemnation

James Mason
The words, “For if a law had been given that could give life, then righteousness would indeed be by the law” (Gal 3:21) should give every brother and sister in Christ tremendous comfort and set them free from any form of mental torment or self-condemnation since these words clearly show that not only Paul but God Himself knows not one of us will ever attain to the perfect standard of the law no matter how much we might desire to or how hard we try.

Both God and Christ know that any attempt we make to attain to
righteousness of holiness to make us worthy of eternal life by our own human self-effort is doomed to fail before we even start, thus the glory, the beauty, the wonder and splendour of God’s grace in Christ.
Helen Bliss We should NOT be trying to follow the Law, We should be following Jesus our savior, this is the way of salvation that leads to life. That is what his example is all about.

+++
2013 update:
 

Enhanced by Zemanta

Wednesday 11 August 2010

Uitstappen aan het hek


"Het is van geen belang aan welke zijde van het hek dat u soms uitstapt. Wat het meest belangrijke is, is dat je uitstapt.
U kunt geen vooruitgang maken zonder beslissingen te nemen".
- Jim Rohn

"Ik weet uw werken: u bent noch koude noch heet.
Zou het dat u koud of heet was!
Zo omdat u lauw bent en noch koude noch heet,
zal ik u uit mijn mond braken".
Openbaring 3:15-16
Dierbare God,
laat mij niet ergens tussenin schipperen.
Geef dat ik voldoende inzicht krijg om de juiste beslissingen te nemen.
Geef mij ook de kracht om de juiste stappen te ondernemen
om volledig door U te worden aangenomen
als een volwaardige volger van Christus
en een ware liefhebbende zoon van U mijn God.



Engelse versie / English version > Getting of at the fence

+++

2016 linkupdate

Saturday 22 May 2010

Bouwend op de leermeester van God

“wendt u tot mij en laat u bevrijden, alle einden der aarde,– want ík ben God en anders geen;” (Jes 45:22 NB)

“Wie hecht geloof aan wat wij hebben gehoord,– de arm van de ENE, voor wie is die ontbloot?” (Jes 53:1 NB)


 “Zij zegt tot hem: heer, een schepbak hebt u niet en de put is diep,– waar hebt u het dan vandaan, dat levende water?–” (Joh 4:11 NB)

 “Laat uw hart niet geschokt zijn; vertrouwt op God en vertrouwt ook op mij;” (Joh 14:1 NB)

 “Ook ú die doden zijt geweest in uw misdaden en uw zonden waarin ge vroeger gewandeld hebt volgende de maatstaf van deze eeuw en de overste van de zeggenschap in de lucht: de geest die ook werkzaam is in de zonen der ongehoorzaamheid, onder wie ook wíj hebben verkeerd in de verlangens van ons vlees, toen we alles deden wat het vlees en de gedachten wilden: uit genade zijt ge gered! Van nature waren wij evenzeer als de overigen kinderen des toorns, maar God, die rijk is in ontferming, heeft door zijn veelvuldige liefde waarmee hij ons heeft liefgehad ook óns, die in misdaden doden waren, met de Christus mee levend gemaakt en in Christus Jezus mee–opgewekt en met hem een zetel gegeven in de hemelse gewesten, om in de eeuwen die komen de allesovertreffende rijkdom van zijn genade te tonen in goedgunstigheid over ons in Christus Jezus. Ja, vanwege de genade zijt gij mensen die gered zijn door het geloof; en dat niet dankzij uzelf: Gods gave is het; niet dankzij uw werken,– laat niemand zich daarop beroemen! Want zijn maaksel zijn wij, in Christus Jezus geschapen voor goede werken, die God heeft voorbereid opdat wij daarin zullen wandelen. Daarom, weest indachtig dat ééns gíj, de heidenvolkeren, die om hun vlees ‘voorhuid’ werden genoemd door wat zich ‘besnijdenis’ noemde, een ingreep van mensenhanden in het vlees!, dat ge toentertijd zonder Christus zijt geweest, verstoken van het burgerschap van Israël en vreemd aan de verbondsbeloften, zonder hoop en zonder God in de wereld. Maar nu zijt gij die ééns ver weg zijt geweest door Christus Jezus ‘nabij’ geworden, {#Jes 57:19} door het bloed van de Christus. Want hij is onze vrede, die de beide delen één gemaakt heeft en de tussenmuur die scheiding maakte, de vijandschap, heeft weggebroken met inzet van zijn vlees, door de Wet, vol geboden in de vorm van menselijke verordeningen, buiten werking te stellen, om de twee met inzet van zichzelf te herscheppen tot één nieuwe mens zo vrede stichtend, en om die beiden in één lichaam te verzoenen met God, door middel van het kruis, zo de vijandschap dodend met inzet van zichzelf. Bij zijn komst heeft hij u verkondigd: ‘vrede voor wie ver weg zijn en vrede voor wie nabij zijn’, {#Jes 57:19} want door hem hebben wij beiden in één Geest toegang tot de Vader. Dus zijt ge dan geen ‘vreemdelingen en bijwoners’ meer, nee, ge zijt medeburgers van de heiligen en huisgenoten van God, gebouwd op het fundament van de apostelen en profeten, terwijl Christus Jezus zelf de hoeksteen is op wie heel dat welsaamgevoegde gebouw uitgroeit tot een heilige tempel, in de Heer, in wie ook gij mee–opgebouwd wordt tot behuizing van God, in de Geest.” (Efe 2:1-22 NB)

 “Maar Christus is gekomen, als hogepriester van de komende goede dingen, en is door de grotere en volmaaktere tent heen, die niet met handen is gemaakt, dat is: niet van deze schepping, en niet door het bloed van bokken en kalveren, maar door zijn eigen bloed eens–en–voorgoed binnengegaan in het Heilige, en heeft daar eeuwige verlossing gevonden. Want als het bloed van bokken en stieren, en de as van een vaars waarmee de ontwijden worden besprenkeld, hen heiligt en leidt tot de reinheid van het vlees, hoeveel te meer zal dan het bloed van de Christus, die door een eeuwige Geest zichzelf als onberispelijk aan God heeft geofferd, ons geweten reinigen van dode werken en leiden naar het vereren van een levende God. En daarom is hij de middelaar van een nieuw verbond: er is een dood geschied tot verlossing van de overtredingen bij het eerste verbond, en nu kunnen de geroepenen het aangekondigde aannemen van het eeuwige erfdeel.” (Heb 9:11-15 NB)

 “als iemand tot mij komt en niet zijn vader, moeder, vrouw, kinderen, broers, zussen, ja, zelfs ook zijn eigen lijf–en–leven haat, kan hij geen leerling van mij wezen!– al wie niet zijn kruis draagt als hij mij achterna komt, kan geen leerling van mij wezen;” (Lu 14:26-27 NB)

 “welnu, zo geldt voor een ieder van u: wie niet afscheid neemt van al wat hij bezit kan onmogelijk mijn leerling wezen!–” (Lu 14:33 NB)

 “Naar de genade van God die mij gegeven was heb ik als een wijs bouwmeester een fundament gelegd, en een ander bouwt daarop voort; maar laat ieder opletten hoe hij daarop bouwt. Want niemand kan een ander fundament leggen dan er al ligt, en dat is Jezus Christus. Of men nu op dit fundament voortbouwt met goud, zilver, kostbare gesteenten, hout, hooi of riet,– ieders werk zal aan het licht komen. Want de Dag zal het duidelijk maken, omdat hij zich in vuur openbaart, en wat ieders werk waard is zal het vuur beproeven. Als iemands werk dat hij heeft opgebouwd blijft, zal hij loon mogen aannemen; als iemands werk afbrandt, zal hij daarvoor boeten; zelf zal hij worden gered, maar zó: als door vuur heen.” (1Co 3:10-15 NB)

 “als we in het licht wandelen zoals hij in het licht verkeert, dan is er gemeenschap tussen ons beiden en reinigt het bloed van zijn zoon Jezus ons van alle zonde;” (1Jo 1:7 NB)

 “Wat baat het, broeders–en–zusters van mij, als iemand zegt geloof te hebben maar de werken niet heeft? Dát geloof kan hem niet redden! Als een broeder of zuster niets hebben om aan te trekken en gebrek hebben aan het dagelijkse voedsel, en er zegt iemand, een uit u, tot hen: ‘gaat heen in vrede, kleedt u warm, en eet goed!’– en ge geeft hun niet eens wat zij voor het lichaam behoeven,– wat baat dat? Zo ook het geloof: als het geen werken inhoudt, is het dood, op zichzelf genomen. ‘Nee’, zal iemand zeggen: ‘jíj hebt het geloof en ík heb de werken!’– toon míj jouw geloof zonder werken dan zal ík jou uit mijn werken tonen wat mijn geloof is! Je gelooft dat God één is?– daar doe je goed aan; ook de demonen geloven dat en sídderen!” (Jak 2:14-19 NB)

 “ja, zoals het lichaam zonder geest dood is, zo is ook het geloof zonder werken dood.” (Jak 2:26 NB)

Monday 1 December 2008

Christen worden iets anders dan lid worden van een kerk.

Maar Agrippa zei tot Paulus: „Gij zoudt mij in korte tijd overreden een christen te worden.”  Hierop zei Paulus: „Ik zou voor het aangezicht van God wel de wens tot uitdrukking willen brengen dat hetzij in korte tijd of in lange tijd niet alleen gij, maar ook allen die mij heden horen, zo zouden worden als ik, met uitzondering van deze boeien.” (Handelingen 26:28-29)

Het gelatiniseerde Griekse woord Chri·sti'a·nos komt in de christelijke Griekse Geschriften slechts driemaal voor en duidt de volgelingen van Christus Jezus aan, de voorvechters van het christendom. — Handelingen der apostelen 11:26; 26:28; 1Pe 4:16.

Christen worden is iets anders dan lid worden van een kerk. Als wij beweren Christen te zijn moeten wij in eerste instantie een navolger van Christus Jezus zijn. Jezus deed de uitnodiging hem te volgen, doordat hij zei: „Wil iemand achter mij komen, dan moet hij zichzelf verloochenen en zijn martelpaal opnemen en mij voortdurend volgen” (Mattheus 16:24). Ware christenen zijn er volledig van overtuigd dat Jezus Christus Gods speciale Gezalfde en zijn eniggeboren Zoon is, het Beloofde Zaad, die zijn menselijke leven als een losprijs gaf, uit de dood werd opgewekt en tot de rechterhand van Jehovah werd verhoogd, en de autoriteit heeft ontvangen om zijn vijanden te onderwerpen en Jehovah’s soevereiniteit te rechtvaardigen (Mattheus 20:28; Lukas 24:46; Johannes 3:16; Ga 3:16; Filepenzen 2:9-11; Hebreeën 10:12, 13). Voor christenen is de bijbel Gods geïnspireerde Woord, de absolute waarheid, en nuttig om de mensheid te onderwijzen en streng te onderrichten. (Johannes 17:17; 2Ti 3:16; 2 Petrus 1:21).

Het is makkelijk om elk soort doopsel te herkennen als een intekenrecht om zich christen te laten noemen. In ons land zijn er massa’s mensen die een kinderdoop hebben gekregen en zich christen noemen. Maar daarbij houdt het op. Velen hebben nog wel hun eerste en hun tweede of plechtige communie gedaan, maar echte christelijke beleving hoort er niet bij.

Wie een discipel van Jezus Christus is geworden, moet de weg des levens blijven bewandelen. Hij wordt gewaarschuwd: „Wie. . . denkt te staan, moet oppassen dat hij niet valt” (1 Korinthiërs 10:12). Een christen die zich de waarheid eigen heeft gemaakt, volgt zijn door de bijbel geoefende geweten en verlaat zich op Gods leiding door middel van heilige geest. Dit helpt de opgedragen christen te beslissen wat voor hemzelf en anderen ’opbouwend’ en „heilzaam” is. Hij beseft dat de beslissingen die hij neemt van invloed zullen zijn op zijn persoonlijke verhouding met God, aan wie hij zich heeft opgedragen. Hij krijgt de raad: „Beveilig uw hart, ja, meer dan al het andere dat te behoeden is, want daaruit zijn de oorsprongen van het leven” (Spreuken 4:23). Een bepaalde vorm van leven is dus essentieel om zich christen te mogen noemen. Alsook moet dat geloof gevoed worden door handelingen, want elk geloof zonder werken is dood.

Er is de houding naar onze omgeving toe en naar God. Elke christen, afhankelijk van zijn of haar persoonlijke omstandigheden, dient God naar zijn beste vermogen te aanbidden. Dit heeft betrekking op de kwaliteit van onze aanbidding. Onze dienst voor God dient het beste te zijn wat wij kunnen geven — heilige dienst. (Lukas 16:10; Galaten 6:3, 4).

Jezus volgde zijn Vader en wenste in alles Zijn wil te doen. Christenen moeten dat ook betrachten. Dagelijks moeten zij er aan werken de hoedanigheid van Jezus Christus eigen te maken. Constant moeten zij het gevecht aan met het kwaad om dit klein te krijgen en zich vrij te maken van zonde of falen. In wezen moeten wij ons afzonderen van de wereld. Durven laten zien dat wij anders zijn en denken. Lichaam en geest moeten wij aan God laten toebehoren (1 Korinthiërs 3:16,17; 6:19,20) Bedachtzame studie van het Woord van God kan ons helpen ons leven op een goede goddelijke wijze op te bouwen. Wij mogen dan niet slechts aan ons zelf denken, maar horen de andere nauw aan het hart te dragen. Naar de andere toe moeten wij ons geloof uitnodigend laten spreken. Als gelovigen moeten wij elke poging aanwenden om het Woord van God te verkondigen en de liefde van God te laten stralen.

 

~~~


> Kan u zich Christen noemen?

> Christen, Jood of Volk van God?

Als wij beweren christenen te zijn

zullen wij het patroon van Jezus’ leven willen volgen, Zijn geboden onderhouden, Zijn dood gedenken en er voor zorgen niet door de wereld besmet te worden > Christelijk Leven

De Gemeenschap van de Christenen kunnen wij beschouwen als een Lichaam met zijn vele lichaamsdelen die elk hun waarde en doel hebben. > Wij als Christenmensen met ons geloof

Wat betekent het een christadelphian mens te zijn?

Christus toebehorenden

> Welk soort leven moet een Christen hebben?